Digitale toegankelijkheid:
zorg dat iedereen mee kan doen

Vrouw met visuele beperking blij werkend achter een laptop

Websites en applicaties voor iedereen toegankelijk: vindbaar, beschikbaar, bedienbaar en leesbaar!

Online toegankelijkheid is essentieel om iedereen een volwaardige deelname aan onze samenleving te bieden. Het doel is dat webapplicaties en websites gebruiksvriendelijk zijn voor iedereen. 

Online diensten en voorzieningen toegankelijk maken

In een wereld waarin je bijna niet meer kunt meekomen zonder het internet, is het belangrijk dat zoveel mogelijk mensen gebruik kunnen maken van online diensten en voorzieningen. Net zoals het openbaar vervoer toegankelijk moet zijn voor iedereen, moet dat ook gelden voor websites en online diensten. Alleen zo kan iedereen echt volwaardig blijven meedoen.

Richtlijnen voor digitale toegankelijkheid

Om ervoor te zorgen dat mensen met een functiebeperking gemakkelijker toegang hebben tot het web, zijn er richtlijnen voor digitale toegankelijkheid opgesteld. Deze richtlijnen zijn relevant voor elke website, zeker als je bedenkt dat ongeveer een kwart van alle Nederlanders een functiebeperking heeft - dat zijn meer dan 4 miljoen mensen. Het is dus belangrijk om hier rekening mee te houden.

Wat is een functiebeperking?

Als iemand blind, slechtziend, doof of slechthorend is, of een motorische handicap heeft, spreken we van een functiebeperking. Ook laaggeletterdheid en analfabetisme, een licht verstandelijk beperking, dyslexie en kleurenblindheid vallen er onder. Ook kan iemand tijdelijk beperkt zijn door bijvoorbeeld een ongeluk, operatie of een ziekte.

Al deze beperkingen kunnen ervoor zorgen dat iemand moeite heeft om gebruik te maken van websites en applicaties. Sommige mensen moeten daarvoor bijvoorbeeld gebruik maken van bepaalde hulpmiddelen of hulpprogramma’s.

Toegankelijkheid voor iedereen

Toegankelijkheid is niet alleen relevant voor mensen met beperkingen. Ongeveer 18% van de bevolking is 65 jaar of ouder. Dit percentage zal in een vergrijzende samenleving alleen maar toenemen. De afgelopen jaren groeit bijvoorbeeld het percentage ouderen boven de 80 jaar sterk.

Deze groep heeft niet altijd een beperking, maar heeft wel baat bij websites die makkelijk te begrijpen en betrouwbaar zijn. Hetzelfde geldt voor kinderen. Deze groep maakt steeds eerder gebruik van het internet, voor bijvoorbeeld schoolwerk. Een gemakkelijk te gebruiken website hoort bij iedere doelgroep. 

Vergeet zoekmachines niet

Maar denk ook aan zoekmachines: informatie die niet zichtbaar is op een website, wordt meestal niet geïndexeerd en dus ook niet gevonden. Ook websites die maar voor een deel werken of alleen binnen specifieke browsers en apparaten worden minder goed geïndexeerd. Dat zijn ook aspecten van toegankelijkheid. Een toegankelijke website heeft dus een groter bereik dan alleen het ‘eigen domein’.

Door een website toegankelijk te maken stel je de bezoeker centraal. Het is toegankelijk voor zowel bezoekers met of zonder een functionele beperking. Het dwingt je wel tot het maken van keuzes en na te denken over de inhoud. Daar wordt een website of applicatie alleen maar beter van.

Haalbaar en toetsbaar: WCAG 2.1

Toegankelijkheid wordt gedefinieerd door richtlijnen die bekend staan als WCAG 2.1, onderverdeeld in drie niveaus: A, AA en AAA. 

Websites van (semi-) overheden moeten regelmatig getoetst worden op niveau A en AA. Dat is ondertussen verplicht en sinds 2018 vastgelegd in het Besluit Digitale Toegankelijkheid Overheid. Deze sites moeten ook een toegankelijkheidsverklaring publiceren. Omdat deze richtlijnen toetsbaar en meetbaar zijn, zijn ze makkelijk over te dragen aan iedereen die betrokken is bij de website.

Dat geldt ook voor andere sites dan alleen die van de overheid. Je kunt de richtlijnen bijvoorbeeld gebruiken om doelen af te stemmen met ontwerpers en ontwikkelaars, maar ook om je te verantwoorden binnen je eigen organisatie (en richting het publiek). Je website laten certificeren is bijvoorbeeld mogelijk.

Is een toegankelijke site haalbaar voor mijn organisatie?

In de praktijk blijken de eerste twee niveaus van WCAG 2.1 voor de meeste organisaties prima haalbaar te zijn. Veel van de richtlijnen zijn ‘best practices’ voor het web: het begint met design en code die werkt in alle browsers en op alle apparaten.

Daarnaast zijn er een aantal extra aandachtspunten op het gebied van:

  • kleurgebruik
  • interactie
  • navigatie 
  • goed ontsluiten van content

De eerste drie kun je overlaten aan de ontwerpers en ontwikkelaars van de website of applicatie. Zij hebben immers de specialistische kennis in huis. 

Het toegankelijk maken en houden van de content van de website is vaak de verantwoordelijkheid van de afdeling communicatie of de webredactie. Omdat zij zorgen voor de inhoud hebben zij eigenlijk de grootste rol bij het doorvoeren en bewaken van de richtlijnen. Zeker op langere termijn.

De toekomst: op weg naar een inclusieve samenleving

Er worden steeds meer initiatieven ontwikkeld die streven naar een ‘inclusieve samenleving’. De overheid speelt hier met wetgeving een grote rol in. Er is Europese regelgeving en een VN verdrag dat door Nederland wordt gesteund. Je ziet het ook steeds meer om je heen, denk bijvoorbeeld aan de gebarentolk bij persconferenties van bijvoorbeeld het kabinet.

Websites, en volgend jaar ook apps, die worden gefinancierd met publiek geld moeten dus al voldoen aan de richtlijnen voor toegankelijkheid. Het is waarschijnlijk een kwestie van tijd voordat steeds meer organisaties hier aan moeten voldoen. Uiteindelijk zal het de norm worden voor alle sectoren. 

Wil je meer weten over digitale toegankelijkheid?

Zorg ervoor dat ook jouw website digitaal toegankelijk is. Vul onderstaand formulier in. We nemen dan zo snel mogelijk contact met je op.

Cookies
Deze site gebruikt geanonimiseerde cookies. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met het gebruik van cookies, of klik op "Aanpassen" om je voorkeuren te bepalen.
Deze site gebruikt geanonimiseerde cookies.
Akkoord Aanpassen Weigeren